Is de brandveiligheid van jouw vastgoed op orde? Veel organisaties richten zich op hun eigen producten en diensten, waardoor brandveiligheid niet altijd de aandacht krijgt die het verdient. Het is een breed en soms complex vakgebied, maar geen zorgen – brandpreventiedeskundige Yuri Jones legt in de video’s hieronder de belangrijkste onderwerpen helder uit. Zo krijg je snel inzicht in wat echt belangrijk is voor een veilig gebouw.
Welke afdelingen binnen het Besluit Bouwwerken Leefomgeving (Bbl) behandelen brandveiligheid?
Het Besluit Bouwwerken Leefomgeving vervangt het oude Bouwbesluit en stelt regels om gebouwen zo veilig mogelijk te maken, maar wist je dat deze eisen slechts een minimumniveau van brandveiligheid bieden? Brandpreventie gaat verder dan voldoen aan de wet; het draait om het kunnen garanderen van de veiligheid van je medewerkers en het gebouw.
Binnen de nieuwe hoofdstukindeling van het Bbl valt ‘bestaande bouw’ binnen hoofdstuk 3 en ‘nieuwbouw’ binnen hoofdstuk 4. Alle restrisico’s vallen nu onder hoofdstuk 6, ‘Gebruik van bouwwerken’. Onderstaande video gaat nog over de oude afdelingen, hieronder vind je de nieuwe hoofdstukindeling van het Bbl:
- Afdeling 3.2 en 4.2: ‘Veiligheid’
- Afdeling 3.7 en 4.7: ‘Bouwwerkinstallaties’
- Afdeling 6.2: ‘Brandveiligheid’
- Afdeling 6.5: ‘Bouwwerkinstallaties’
Wat betekent het rechtens verkregen niveau?
Bij het beoordelen van de brandveiligheid van een gebouw wordt vaak gesproken over het rechtens verkregen niveau (RVN), maar wat betekent dit precies? In deze video leggen we je uit hoe het RVN zich verhoudt tot de verschillende toetsingsniveaus binnen het Bbl en waarom het essentieel is om dit vooraf te controleren bij renovatie of herbestemming. Het Bbl kent meerdere toetsingsniveaus:
- Nieuwbouw – het hoogste niveau met de strengste eisen.
- Bestaande bouw – de minimale ondergrens waaraan gebouwen moeten voldoen.
- Verbouw – een tussenniveau, afhankelijk van de situatie.
- Tijdelijke bouw – met specifiek toegestane afwijkingen.
Het RVN ligt tussen de niveaus van nieuwbouw als bovengrens en bestaande bouw als ondergrens in en wordt bepaald door eerdere bouwvergunningen, nu omgevingsvergunning, of gebruiksmeldingen. Dit betekent dat de eisen voor een gebouw soms hoger kunnen liggen dan de standaardnorm voor bestaande bouw. Daarom is het verstandig om, voordat je een toets brandveiligheid uitvoert, altijd eerst het rechtens verkregen niveau te controleren.
Wat verstaan we onder de BIO maatregelen?
Brandveiligheid draait om een evenwichtige combinatie van maatregelen op drie niveaus: Bouwkundig, Installatietechnisch en Organisatorisch (BIO). Deze drie pijlers werken als communicerende vaten – als één maatregel tekortschiet, kan een andere dit compenseren.
- Bouwkundig: o.a. brandscheidingen, compartimentering, brandwerende doorvoeringen en bekleding van gevels en vluchtroutes.
- Installatietechnisch: o.a. sprinklers, brandmeld- en ontruimingsalarminstallaties, rookwarmteafvoeren, nood- en vluchtverlichting en blusmiddelen.
- Organisatorisch: o.a. BHV, vluchtplattegronden en ontruimingsoefeningen.
In deze video gaan we in op gelijkwaardigheid en het toepassen van installaties om een gelijkwaardig niveau van veiligheid te bereiken. Ook bespreken we belangrijke organisatorische aandachtspunten binnen het gebruik.
Wat is risico gestuurde brandveiligheid?
Brandveiligheid gaat verder dan alleen het volgen van regels. Met een risico gestuurde aanpak worden maatregelen afgestemd op de daadwerkelijke risico’s binnen een gebouw. Hierbij wordt gekeken naar de kans op brand en de mogelijke gevolgen, zodat gerichte en effectieve maatregelen genomen kunnen worden. Vaak zijn deze aanvullend op de minimale eisen uit de Bbl, waardoor de impact van brandgevaarlijke situaties verder wordt beperkt.
In deze video wordt uitgelegd hoe deze aanpak werkt en waarom het de meest effectieve manier is om brand te voorkomen en de veiligheid te waarborgen.
Wat zijn brandwerende doorvoeringen en wat is de impact ervan?
Brandwerende doorvoeringen spelen een cruciale rol in de brandveiligheid van een gebouw, maar alleen als ze op de juiste manier worden afgewerkt. Dit begint met het controleren van productcertificaten en verwerkingsvoorschriften. Als een product niet correct is toegepast, kan de brandwerendheid niet worden gegarandeerd.
Daarnaast is het belangrijk om te weten hoe producten zijn getest en welke materialen gebruikt zijn. Zo kunnen brandmanchetten op verschillende manieren getest worden, en niet elke brandwerende coating werkt goed samen met een andere. Door dit goed vast te leggen in een projectdossier, zorg je ervoor dat onderhoud en toekomstige aanpassingen eenvoudig en volgens de juiste normen kunnen worden uitgevoerd.
We hopen dat je de kennisvideo’s leerzaam vond en mocht je vragen en/of opmerkingen hebben, neem dan contact met ons op.